Schil de aardperen en snijd er 2 in fijne blokjes.
Snijd de rest in grove stukken en kook gaar in de groentebouillon.
Giet af en bewaar het vocht.
Mix de aardpeer glad met de staafmixer of in de keukenmachine. Voeg zure room, peper, zout en eventueel wat kookvocht toe voor de gewenste dikte.
Schil 1 appel en snijd in blokjes.
Stoof deze samen met de aardpeerblokjes gaar in boter en kruid met peper en zout.
Hak de ui en andere appel en stoof deze aan samen met de andere helft van de boter en het kerriepoeder.
Blus af met het appelsap en 50 gram kookvocht.
Kook op en mix glad, breng op smaak met peper, zout en voeg de room toe. Schuim op met de staafmixer.
Maak de coquilles schoon en dep droog, kruid met peper en zout.
Bak in hete olie, kort maar krachtig, rondom goudbruin.
Blus met citroensap.
Leg wat aardpeer/appel blokjes in het bord, hierop de coquilles.
Schep er de hete soep langs en werk af met een lepel kerrieschuim.